Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart
De Historie van mejuffrouw Sara Burgerhart (vaak aangeduid als: Sara Burgerhart) is een briefroman die is geschreven door Betje Wolff en Aagje Deken. Het werk is uitgegeven in 1782 en wordt beschouwd als de eerste Nederlandse briefroman.[1] AchtergrondHet boek werd geschreven voor "Nederlandsche Juffers", jongedames, en het wilde tonen
Mogelijk verwees Wolff hier naar haar eigen negatieve jeugdervaringen.[3] Het verhaal beschrijft de belevenissen van het jonge meisje Sara Burgerhart. Ze verlaat het huis van haar schijnheilige tante, Zuzanna Hofland, en dreigt in handen te vallen van een schurk. Sara komt bijtijds tot bezinning en trouwt met de eerzame Hendrik Edeling. In het boek streeft Sara ernaar een zo goed mogelijke burger te zijn. Daarnaast staat het zelfstandig denken van de mens centraal, wat in het algemeen kenmerkend is voor het denken in de tijd van de Verlichting. Het verhaal bestaat in totaal uit 175 brieven — waarvan er 44 van Sara zelf zijn en 35 aan Sara — geschreven door 24 personen, die allemaal een naam hebben die een toespeling bevat op hun karakter (bijvoorbeeld Burgerhart, haar toekomstige en voorbeeldige echtgenoot Hendrik Edeling, de onsympathieke mejuffrouw Slimpslamp, Charlotte Rien du Tout (Frans voor "helemaal niets") en Sara's goedaardige voogd Blankaart). De twee schrijfsters hebben in de tweede druk van het boek zelf een proloog en een epiloog toegevoegd, waarin zij het lezerspubliek — in het bijzonder jonge meisjes — aansporen om zich goed te gedragen en lering te trekken uit het verhaal; het haken naar vermaak en avontuur wordt afgekeurd, huwelijk en tolerantie worden geprezen. Hoewel het boek zich kritisch toont over de "fynen", de overdreven vroom-christelijken uit die tijd, gaat er een sterk moraliserende boodschap uit van het verhaal. Ook dit is typisch voor het denken van de Verlichting. Externe links
Bronnen, noten en/of referenties
Zie de categorie Sara Burgerhart van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|