Bastian deed wetenschappelijk onderzoek op uiteenlopende onderwerpen. Zijn vroegste onderzoek betrof de guineaworm en andere rondwormen, waarover hij in 1865 een monografie publiceerde.[1] Later bestudeerde hij onder meer verschillende vormen van verlamming en afasie. In 1893 verliet hij zijn leerstoel aan University College Hospital om zich te kunnen toeleggen op zijn bacteriologisch onderzoek. Hij was een autodidact op dit gebied en zijn biologisch inzicht was "helaas fundamenteel verkeerd".[2] Hij was een overtuigd aanhanger van de theorie van abiogenese, die hijzelf "archebiosis" noemde: hij geloofde dat micro-organismen voortdurend uit niet-levende materie ontstonden. Hij redetwistte hierover met Louis Pasteur, Thomas Huxley, Alfred Russel Wallace en anderen.[2]
Enkele werken
The beginnings of life: being some account of the nature, modes of origin and transformation of lower organisms (1872)
Evolution and the origin of life (1874)
The brain as organ of the mind (1880)
Aphasia and other speech defects (1898)
The nature and origin of living matter (1905)
The origin of life: being an account of experiments with certain superheated saline solutions in hermetically sealed vessels (1911)