Het toernooi werd gespeeld door acht landenploegen bij zowel de mannen als vrouwen.[1] Per geslacht werden de acht teams over twee groepen van vier verdeeld die een onderlinge competitie speelden om tot een rangschikking te komen op basis waarvan de tegenstanders in de kwartfinales werden bepaald: de eerste van de ene groep speelde in de kwartfinales tegen de laatste van de andere groep en vice versa, de tweede van de ene groep speelde tegen de derde van de andere groep en vice versa. De winnaars van de kwartfinales gingen door naar de halve finales. De winnaars van de halve finales speelden om het goud in de finale, terwijl de verliezers in de troostfinale om het brons streden.