Gerard MercatorGerard Mercator (oorspronkelijk Gerard De Kremer of De Cremer; Latijn: Gerardus Mercator Rupelmundanus, "Gerard de Kremer van Rupelmonde") (Rupelmonde, 5 maart 1512 – Duisburg, 2 december 1594) was een cartograaf, instrumentmaker en graveur, afkomstig uit het Graafschap Vlaanderen en het Waasland die al tijdens zijn leven als de "Ptolemaeus van zijn tijd" beschouwd werd.[bron?] Hij paste als eerste een hoekgetrouwe kaartprojectie toe; later naar hem mercatorprojectie genoemd. Mercator zag zichzelf veel meer als een wetenschappelijk kosmograaf, dan als iemand die met het maken en verkopen van kaarten zijn brood moest verdienen. Zijn productie bleef beperkt. Hij is bekend van een globepaar, een vijftal wandkaarten en een onvoltooide kosmografie. Daarnaast introduceerde hij het woord atlas. Dit woord omvatte destijds alle kaarten van de kosmos; dus van zowel het heelal als de aarde. Zijn producten, die Mercator voornamelijk in de Duitse Rijnstad Duisburg vervaardigde, hadden voor de latere commerciële kaartmakers in de Nederlanden een significante invloed. Eerste jarenMercator werd geboren in het Oost-Vlaamse Rupelmonde als Gerard De Kremer. Zijn geboorteplaats was eerder toevallig: zijn vader was daar met zijn hoogzwangere vrouw op bezoek bij zijn vermogende broer Gijsbrecht, kapelaan van het plaatselijke godshuis. Meteen daarna keerde het gezin, waarin Gerard het zevende kind was, terug naar Gangelt, een grensplaats van het hertogdom Gulik, in de Kreis Heinsberg tussen Sittard en Geilenkirchen. Zijn jeugd bracht hij in Gangelt door, waar zijn vader schoenlapper was. Hij ging daar ook naar de Latijnse school. Wel bracht hij vanaf zijn 5-6 jaar een tijd door bij zijn oom Gijsbrecht, die hem Latijn bijbracht en zijn vervolgopleiding financierde. Die kreeg hij bij de beroemde humanist Macropedius van de 'Broeders des Gemenen Levens' in 's-Hertogenbosch, waarna hij aan de Universiteit Leuven studeerde. Daar verlatiniseerde hij zijn achternaam tot 'Mercator'. Hij verbleef in Leuven, alsook in Antwerpen, waar hij minder scholastieke invloed ondervond en zich aan zelfstudie kon wijden. Inmiddels had hij zich bekwaamd in de graveerkunst. Daarin werd hij zo ervaren dat de instrumentmaker Gaspard van der Heyden hem geheel of gedeeltelijk de koperplaten voor de nieuwe aard- en hemelglobe van Gemma Frisius liet graveren. Deze beide werken, die omstreeks 1537 verschenen, zijn de oudst bekende van Mercator. Zelfstandige werkenSpoedig na dit werk 'in dienstverband' bij zijn leermeester, publiceerde Mercator zelfstandig kort na elkaar een wandkaart van het Heilige Land, Amplissima Terrae Sanctae Descriptio (6 bladen, 1537), een kleine wereldkaart in hartvormige projectie, Orbis Imago (1538), en een wandkaart van het graafschap Vlaanderen, Exactissima Flandriae Descriptio (9 bladen, 1540). In dat laatste jaar publiceerde hij bovendien een boek over het cursieve schrift, Literarum latinarum, quas italicas, cursoriasque vocant, scribendarum ratio, dat bestaat uit 52 bladen in houtsnede. Mercator was de eerste die het cursieve schrift op landkaarten toepaste. Dit verfraaide het kaartbeeld zodanig, dat het tot in de 19e eeuw gebruikelijk is gebleven plaatsnamen op kaarten cursief te schrijven. In 1541 volgde een aardglobe. Hierna volgden geruime tijd geen nieuwe uitgaven van Mercator. Zijn problemen met de overheid wegens lutheranisme kunnen daarvoor de reden zijn. In 1544 werd hij samen met een groep Leuvense burgers op verdenking van lutheranisme door de Inquisitie gearresteerd en opgesloten in het Gravenkasteel in Rupelmonde. Na enkele maanden werd hij vrijgelaten maar al zijn bezittingen werden aangeslagen. Zijn medeverdachten wachtte een wreder lot: ze werden onthoofd of belandden op de brandstapel. Antonia van Roesmaele werd echter levend begraven. Of deze gebeurtenis een rol heeft gespeeld bij zijn beslissing om naar het Rijnland te verhuizen is niet bekend. Het lijkt onwaarschijnlijk, omdat hij na zijn vrijlating nog acht jaar in Leuven heeft gewerkt. Eerst in 1551 volgde een nieuwe uitgave: een hemelglobe, als tegenhanger van de aardglobe. In 1552 verhuisde hij met zijn familie naar Duisburg in Duitsland, waar een luthers regime heerste onder hertog Willem de Rijke. Mogelijks verwachtte Mercator een leerstoel van een nieuw op te richten universiteit in Duisburg (deze kwam er pas na zijn dood).[1] Hier is hij op 82-jarige leeftijd overleden. Zijn twee zonen Arnold Mercator en Rumold Mercator waren eveneens cartografen.
WandkaartenUit de Duisburgse periode zijn slechts drie wandkaarten bekend:
Deze laatste kaart is een van de eerste kaarten waarin een projectie is toegepast zonder hoekvervorming. Het is onmogelijk om het bolvormige oppervlak van de aarde op een plat vlak af te beelden, te projecteren, zonder dat er vervormingen optreden. Op vier manieren kan het kaartbeeld vervormd zijn: wat betreft oppervlakte, vorm, hoek en afstand. Een kaart in een plat vlak kan slechts een van deze eigenschappen tegelijk correct afbeelden. Als bijvoorbeeld een kaart oppervlaktegetrouw is, betekent dat dat alle oppervlakten op de kaart dezelfde verhouding hebben met de werkelijkheid. De vormen en afstanden kunnen dan niet overeenkomstig de werkelijkheid zijn. Mercator wilde zijn kaart geschikt maken voor de zeevaart. Het was daarom belangrijk dat de kompasrichtingen op de kaart met de werkelijkheid overeenstemden. Er moest dus gebruikgemaakt worden van een hoekgetrouwe projectie. Het grootste nadeel van zo'n projectie is dat er naar de polen toe enorme vergrotingen optreden. Hoe dichter men bij de polen komt, hoe groter de schaal. De polen zelf kunnen niet eens worden afgebeeld. Het beoogde praktische voordeel van deze projectie heeft ertoe geleid dat die steeds meer werd toegepast. De projectie wordt naar hem de mercatorprojectie genoemd. KosmografieNa de uitgave van deze wandkaart legde Mercator zich meer en meer toe op de samenstelling van een kosmografie. Mercators plannen waren groots: een reusachtig kosmografisch werk over de schepping en over de oorsprong en geschiedenis van het geschapene. De eerste ideeën daarvoor schreef hij in 1569 in de inleiding tot zijn Chronologia. De kosmografie zou gaan bestaan uit vijf delen:
Mercators noodlot was zijn wetenschappelijke instelling. Hij stelde publicatie uit in de hoop dat er nieuwe informatie zou komen. Het cartografisch gedeelte van zijn kosmografie is slechts voor ongeveer de helft gerealiseerd. Als eerste kwam zijn Ptolemaeus-uitgave uit 1578 gereed. Mercator beschouwde deze uitgave enkel en alleen als een weergave van de wereld naar de ideeën van de klassieke schrijvers. De 28 Ptolemaeïsche kaarten zijn nooit in een andere atlas geïncorporeerd – hoewel ze nog in 1730 opnieuw werden uitgegeven. Pas in 1585, vijftien jaar na de uitgave van het Theatrum Orbis Terrarum, de eerste echte atlas door Ortelius, kwam Mercator met een onvoltooide uitgave van zijn 'moderne geografie'. In 1589 volgden 22 kaarten van Zuidoost-Europa, Italiae, Sclavoniae et Graeciae tabulae geographicae. Mercator heeft geen kans gezien zijn Tabulae Geographicae uit te breiden tot een echte wereldatlas van zo'n 120 kaarten zoals hij van plan was.[bron?] Postuum uitgegevenEen jaar na Gerards dood publiceerde zijn zoon Rumold Mercator een aanvulling met 34 kaarten. Hierin bevinden zich 29 door Gerardus Mercator gegraveerde kaarten van de ontbrekende delen van Europa (IJsland, de Britse Eilanden en de Noord- en Oost-Europese landen). Om het geheel snel te kunnen completeren voegde Rumold er zijn eigen wereldkaart uit 1587 aan toe en liet vier kaarten van de continenten van zijn vaders grote wereldkaart uit 1569 kopiëren door zijn neven Gerardus Mercator junior en Michael Mercator, zoons van Arnold Mercator. Ook de titelpagina is een noodoplossing: het is de titel van de Ptolemaeus-uitgave van 1578, waarop de nieuwe titel in boekdruk opgeplakt is. Ook bracht Rumold Mercator een 'complete uitgave' met alle 107 kaarten uit. Feitelijk is deze uitgave niet meer dan een in één band gebonden heruitgave van de vier series Tabulae Geographicae met de nieuwe aanvulling. Een uitgave uit 1595 bevatte de volgende kaarten: 1. Orbis terrae compendiosa / 2. Europa / 3. Africa / 4. Asia / 5. America sive India nova / 6. Polus arcticus / 7. Islandia / 8. Britannicae insulae: Anglia, Scotia & Hibernia / 9. Norwegia & Svecia / 10. Daniae Regni / 11. Holsatia Ducatus / 12. Borussia sive Prussia / 13. Russia / 14. Galliae universalis / 15. Helvetia / 16. Zurichgow / 17. Wiflispurgergow / 18. Aargow / 19. Belgii inferioris tabula / 20. Lutzenburg Ducatus et Trevirensis provincia / 21. Hispania / 22. Germaniae universalis / 23. Frisia occidentalis / 24. Emden & Oldenborch Comitatus / 25. Westfaliae prima tabula / 26. Westfaliae secunda tabula / 27. Westfaliae tertia tabula / 28. Waldeck Comitatus / 29. Palatinatus Rheni / 30. Wirtenberg Ducatus / 31. Alsatia inferior / 32. Alsatia superior cum Suntgoia et Brisgoia / 33. Saxonia inferior et Mecklenborg Ducatus / 34. Brunswyck Ducatus / 35. Hassia landtgraviatus / 36. Thuringia landgraviatus / 37. Franconia Ducatus / 38. Bavaria Ducatus, Palatinatus superior sive Bavariae / 39. Saxonia superior Ducatus simul cum Misnia et Lusatia / 40. Brandenburg Marchionatus / 41. Austria Marchionatus / 42. Saltzburg Archiepiscopatus / 43. Polonia Regnum, Silesia / 44. Hungaria Regnum / 45. Italia / 46. Lombardiae tabula I cum Valesia / 47. Lombardiae tabula I: Tarvisina Marchia et Tirolis Comitatus / 48. Lombardiae tabula III: Pedemontana regio cum Genuensium terretorio / 49. Forum Iulium, Karstia, Carniola, Histria et Windorum Marchia / 50. Stiria / 51. Sclavonica, Croatia, Bosnia cum Dalmatiae parte / 52. Graecia / 53. Candia cum insulis aliquot circa Graeciam 'Atlas' Zie Mercatoratlas voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Rumolds uitgave Mercatoratlas heeft een eigen titelpagina en voorwerk. De titel is geworden Atlas sive Cosmographicae Meditationes de Fabrica Mundi et Fabrica Figura (Atlas oftewel kosmografische overwegingen over de schepping van de wereld en de vorm van het geschapene). De keuze van de titel verklaarde Mercator in een inleiding. De naam is niet zoals later veelal aangenomen ontleend aan de Titaan Atlas omdat deze de wereld op zijn schouders droeg, maar omdat hij een groot astronoom en kosmograaf was. Daarmee was Mercator de eerste die het woord 'atlas' introduceerde voor een verzameling kaarten in boekvorm. My purpose then is to followe this Atlas, a man so excelling in erudition, humanitie, and wisedome, (as from a loftie watch tower) to contemplate Cosmographie, as much as my strength and abilitie will permit mee, to see if peradventure, by my diligence, I may finde out some truths in things yet unknowne, which may serve to the studie of wisedom, schreef hij in zijn inleiding. Atlas is op de titelpagina van Mercators Atlas afgebeeld met een hemel- en aardglobe. Overigens was de Titaan Atlas als werelddrager al eerder gebruikt voor de titelpagina die Lafreri omstreeks 1570 aan zijn IATO-Atlas (= Italian Atlas assembled To Order) toevoegde. Aan Mercators originaliteit in dezen kan dus getwijfeld worden. De Atlas wordt voorafgegaan door de biografie van Gerardus Mercator door de Duisburgse magistraat Walter Ghim en vervolgt met het eerste deel: Mercators werk over de schepping, De Mundi Creatione et Fabrica Liber. De 107 kaarten vormen het tweede deel van de atlas. In 1604 kwamen de koperplaten van de kaarten in het bezit van Jodocus Hondius. Tot ver in de 17e eeuw werden de (soms flink bewerkte) kaarten afgedrukt in diverse atlassen van Hondius, Blaeu en Janssonius. Viering Mercator 500 jaarNaar aanleiding van zijn 500ste geboortejaar werd in 2012 een internationaal Mercatorjaar 2012[2] gevierd. Dit initiatief ging uit van verscheidene steden en instanties:
Naar hem genoemd
Trivia
Literatuur
Bronnen
Referenties
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Gerardus Mercator op Wikimedia Commons.
|