Gang (mens)Gang is de manier van voortbewegen met behulp van de benen. De normale gang bij mensen is tweevoetig en tweefasig. Verschillende gangen worden gekenmerkt door verschillen in de beweging van de ledematen, snelheid, kracht en contact met de ondergrond. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen een natuurlijke en een aangeleerde gang. Natuurlijke gangenZogenaamde natuurlijke gangen van langzaam naar snel zijn: lopen, hardlopen, huppelen, rennen en sprinten. Deze vijf basisgangen komen natuurlijk voor in vrijwel alle culturen. Alle natuurlijke gangen zijn ontworpen om een persoon voorwaarts te bewegen, al kunnen ze ook gebruikt worden om opzij te bewegen. LopenBij het lopen wordt altijd ten minste één voet aan de ondergrond gehouden. Lopen gebeurt volgens de volgende stappen:
HuppelenHuppelen is een natuurlijke gang die voornamelijk bij kinderen, doorgaans vanaf vier tot vijf jaar, gezien kan worden. Het kan enigszins vergeleken worden met paardengalop. OvergangHet verschil tussen lopen en rennen is meer dan alleen de snelheid. Het is een andere gang met een andere duty-factor, de verhouding tussen stand- en zwaaifase of het deel dat een been aan de grond is tijdens een schrede. Bij een snellere gang neemt de duty-factor af en onder de 0,5 is er geen sprake meer van lopen. Ook duurt een schrede minder lang, zoals hieronder is te zien in milliseconde. Hoewel de pastijd afneemt, neemt de paslengte toe. Getal van FroudeRobert McNeill Alexander kwam met een methode om de gang van dieren van verschillende grootte met elkaar te vergelijken. Hiertoe gebruikte hij het getal van Froude Fr: waarbij:
Daarbij wordt het been benaderd als omgekeerde slinger. Het froudegetal is kleiner dan 1 bij lopen voor tweevoetigen of stap voor viervoetigen, aangezien daarboven een zweefmoment ontstaat, maar de overgang naar rennen voor tweevoetigen en draf voor viervoetigen wordt veelal al gemaakt tussen 0,3 en 0,8. Om dichter bij 1 te komen, zou de paslengte af en de pasfrequentie toe moeten nemen tot voor lopen oncomfortabele hoogte.[1] Uitgaande van een gemiddelde beenlengte van 0,9 m voor een volwassene, volgt hieruit dat de maximumloopsnelheid zo'n 3 m/s of 10,7 km/u is, maar dat de overgang naar rennen veelal al wordt gemaakt rond de 1,5 m/s of 5,3 km/u. AansturingHoewel nog veel onbekend is wat betreft de processen die de gang beïnvloeden, lijkt er sprake te zijn van een samenwerking van vele gebieden in de hersenen, waaronder de motorische schors in de frontale kwab, de basale kernen en de kleine hersenen. De nucleus pedunculopontinus (vaak afgekort tot PPN) in de hersenstam speelt een belangrijke rol in het plannen en uitvoeren van de gang. Man-vrouwverschillenEr zijn verschillen tussen de gang van mannen en vrouwen. Vrouwen lopen doorgaans met een kleinere stapwijdte en met meer beweging van het bekken. In studies naar de gang wordt doorgaans rekening gehouden met sekseverschillen. Abnormale gangen
Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Gait (human) op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.
|