Egyptische Communistische Partij

Egyptische Communistische Partij
Personen
Partijleider	Salah Adli[1]
Zetels
Zetels	0 / 567
Geschiedenis
Opgericht	1975
Algemene gegevens
Actief in	Egypte
Hoofdkantoor	Caïro
Richting	Extreemlinks
Ideologie	Communisme Marxisme-leninisme
Kleuren	Rood
Internationale organisatie	Internationale bijeenkomst van communistische en arbeiderspartijen
Website	http://www.cp-egypt.com/
Portaal    Politiek

De vlag van de partij op het Tahrirplein

De Egyptische Communistische Partij (Arabisch: الحزب الشيوعي المصري) (ECP) is een politieke partij in Egypte, opgericht in 1975 door enkele leden van de voormalige Egyptische Communistisch Partij. Onder de regimes van de presidenten Anwar Sadat en Hosni Moebarak werd de partij onderdrukt en werd zij uitgesloten van de verkiezingen. De partij bleef echter ondergronds doorgaan, en hielp mee met het omverwerpen van het regime van Mubarak in 2011.[2] Ondanks het feit dat ECP-leden naar verluidt onder Moebarak werden vermoord en gevangengezet, was de partij in 2011 betrokken bij het mobiliseren van arbeiders.[3]

De partij wordt geleid door Salah Adli.[4]

Bronnen, noten en/of referenties

• Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Egyptian Communist Party op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.

---

1. Egypt’s Secular Forces: Emerging Secular Coalitions and Parties. Guide to Egypt's Transition. Carnegie Endowment for International Peace (25 november 2012). Gearchiveerd op 29 december 2013. Geraadpleegd op 13 december 2013.
2. Communist Party of Egypt resumes open political activities. Links International Journal of Socialist Renewal. Geraadpleegd op 28 april 2011.
3. In solidarity with heroic struggle of the Egyptian people. Communist Party of Australia (9 February 2011). Geraadpleegd op 28 april 2011.
4. (ar) 'الحزب الشيوعي المصري يخرج للعلن بعد 90 عاماً من الحظر بعد يوم واحد من إعلان حزب الإخوان المسلمين', Al Arabiya 27 mei 2011. Gearchiveerd op 12 juni 2019.