Discografie van Jacques BrelIn dit artikel worden de plaatopnamen van de Belgische chansonnier Jacques Brel beschreven. Uit het enorme aanbod lp's, ep's en singles worden hier alleen de uitgaves genoemd waarop de chansons voor het eerst verschenen. Als opnamen rond dezelfde tijd in diverse formaten verschenen, worden alleen de lp's genoemd. Voor de herkenbaarheid worden titelloze albums aangeduid met de naam van de platenmaatschappij en een volgnummer. In 1988 verscheen een box van 10 cd's met een bijna compleet overzicht van zijn uitgebracht werk. Daarop werd echter van enkele chansons niet de oorspronkelijke plaatversie gebruikt. In 2003 kwam het daarom tot een nieuwe cd-box: de Boîte Integral. Deze set van 15 cd's op het Universal Music-label wordt beschouwd als de eerste cd-versie waarin de oorspronkelijke plaatopnamen volledig worden gerespecteerd. De titels die de, oorspronkelijk meestal titelloze, elpees bij deze cd-uitgave kregen toebedeeld, worden hier voor de herkenbaarheid ook vermeld. Informatie over de opnamegeschiedenis van Jacques Brel-liederen, vertolkt door anderen, is te vinden op Lijst van Jacques Brel-vertolkers. Vinyl1953
1954
Opgenomen op 15 februari 1954 met orkest onder leiding van André Grassi. 1955
Single, opgenomen op 11 en 17 maart 1955 met orkest onder leiding van Michel Legrand. 1956
In 1956 verschenen twee ep's. Elk daarvan bevatte, naast materiaal van de eerste lp, ook een nieuw lied. La bastille werd op 25 oktober 1955 opgenomen; Prière païenne op 18 september 1956. Beide met orkest onder leiding van André Popp. 1957
Brels tweede lp bevat opnamen van diverse sessies. Qu'avons nous fait bonnes gens en Les pieds dans le ruisseau zijn afkomstig van de Michel-Legrandsessies uit maart 1955 die al eerder de single S'il te faut opleverden. De overige opnamen werden met André Popp gemaakt op 18 en 19 september 1956, en op 22 maart 1957.
Op 24 december 1957 opgenomen duet voor een ep van Simone Langlois. De opname is nooit op een Jacques-Brelplaat verschenen. Dit is de eerste opnamesessie waarbij Jacques Brel zingt terwijl François Rauber het orkest leidt. 1958
De opnamen voor deze plaat werden gemaakt op 12 en 14 maart en 1 april 1958. Hoewel François Rauber mede-componist van bijna alle liedjes is, stond het orkest tijdens de opnamen om platenmaatschappij-politieke redenen vooral onder leiding van André Popp. Pas tijdens de sessie in april kreeg Brels muzikale compagnon François Rauber de gelegenheid om op een Brel-plaat het orkest te dirigeren. Daarvóór werd hij door platenmaatschappij Philips nog te onervaren gevonden. Alle Brel-opnamen vonden vanaf dit moment plaats met orkest onder leiding van François Rauber.
Ep waarvan bovenvermelde nummers werden opgenomen op 7 en 21 oktober 1958. De ep werd aangevuld met opnamen van PHILIPS N°3.
Kerst-cadeautje voor lezeressen van het blad Marie Claire. De opnamen zijn nooit heruitgebracht. 1959
Dit is de eerste lp waarop de samenwerking van Brel en Rauber tot volle wasdom is gekomen. Op aanraden van Rauber is Brel iets lager gaan zingen, wat de zeggingskracht van zijn zang ten goede komt. Hoewel Gérard Jouannest nog geen enkele vermelding op de plaat heeft, melden deskundigen dat ook hij Brel inmiddels op muzikaal gebied sterk ondersteunde. Het resultaat is een lp waarop Brel voor het eerst op de toppen van zijn kunnen presteert. Pas vanaf deze plaat komen we dan ook Brels grote succesnummers tegen.< De opnamen voor de plaat werden gemaakt op 11, 14, 15 en 17 september 1959. 1961
Dit is de eerste plaat waarop Gérard Jouannest op diverse titels als mede-componist wordt vermeld. De plaat werd opgenomen op 22 februari, 30 maart en 4 april 1961. Op 21 februari werd ook een sessie gedaan waarbij er alternatieve arrangementen werden uitgeprobeerd. Geen van die opnamen werd uiteindelijk voor de plaat gebruikt. Wel verscheen een van deze sessie afkomstige, veel dramatischer aangezette, versie van Le prochain amour later als bonustrack op de cd-uitgave.
Single met daarop Nederlandstalige versies van respectievelijk Les singes (vertaald door Eric Franssen) en On n'oublie rien (vertaald door Leo Camps en Will Ferdy). De plaat bevat dappere pogingen van Brel om enorme lappen Nederlandse tekst ten gehore te brengen — een taal die hij daarvoor duidelijk onvoldoende beheerste. Het plaatje raakte snel in de vergetelheid.
Brels tweede Nederlandstalige single is een stuk minder rampzalig dan de eerste. De vertaling van Marieke is van Eric Franssen. Ne me quitte pas werd door Ernst van Altena vertaald. Brel was over diens werk zo tevreden dat hij hem tot zijn officiële Nederlandse vertaler benoemde. 1962
Registratie van de eerste concertreeks die Brel als hoofdact in het Parijse Olympia-theater gaf. De plaat werd opgenomen op 27, 28 en 29 oktober 1961. Brel wordt op piano begeleid door zowel François Rauber als Gérard Jouannest; de accordeonist is Jean Corti. Het orkest staat onder leiding van Daniel Janin. Het was Brels laatste album voor het Philips-label.
Brels eerste album op het Barclay-label bestaat voor een groot deel uit studio-versies van materiaal dat luisteraars al kenden van het Olympia-concert. De plaat werd opgenomen op 6,7,9 en 14 maart 1962.
Vertalingen van respectievelijk Les bourgeois, Rosa, Les paumés du petit matin en Le plat pays. Na de maar matig geslaagde Nederlandstalige platen uit 1961 nam Brel enkele spraaklessen. Tijdens het inzingen van deze ep in maart 1962 werd hij bovendien gecoacht door Ernst van Altena, die tevens de teksten schreef. Deze inspanningen wierpen hun vruchten af. Vooral over Mijn vlakke land was Brel zeer tevreden. De kritiek die hem in Vlaanderen ten deel viel — namelijk: dat zijn tongval meer met Hollands dan met Vlaams te maken zou hebben — vatte hij op als een compliment. 1963
Ep, opgenomen op 22 november en 1 december 1962. Andere opnamen van dezelfde chansons werden in 1966 uitgegeven op het album BARCLAY N°2, met uitzondering van Quand maman reviendra dat pas in 1988 opnieuw verscheen.
Ep, opgenomen op 2,3 en 10 april 1963. Later heruitgebracht op BARCLAY N°2. Van deze ep en de vorige verscheen ook een combinatie-versie op 33 toeren. Quand maman reviendra is op die uitgave vervangen door een opname van J'aimais van 10 april 1963.
Relatiegeschenk, uitgebracht door de Unie van Belgische steden en Gemeenten. Jean de Bruges werd nooit heruitgegeven. Il neige sur Liège wel. De opnamen stammen van 30 mei 1963.
Brel nam dit chanson in de zomer van 1963 op voor de soundtrack van de speelfilm Un roi sans divertissement. De eerste plaatversie verscheen waarschijnlijk pas jaren later op een van de vele Brel-verzamel-lp's. 1964
Ep, opgenomen op 7, 8 en 9 januari en 7 maart 1964. Het materiaal werd heruitgegeven op BARCLAY N°2 en BARCLAY N°3. Olympia 1964
Live-opnamen van Brels tweede Olympia-reeks. Opgenomen op 16 en 17 oktober 1964. Latere uitgaven bevatten tevens de liedjes Les bonbons, Mathilde, Les bigotes, Jef, Au suivant en Madeleine. Brel wordt begeleid door Gérard Jouannest (piano), Jean Corti (accordeon), Pierre Sim (contrabas), Philippe Combelle (slagwerk) en orkest onder leiding van François Rauber. Van Amsterdam, Les timides en Les jardins du casino staan op dit album de bekendste versies — van die chansons werd namelijk nooit een studio-opname gemaakt. 1965
Ep, opgenomen op 2,3 en 6 november 1965. Later heruitgegeven op BARCLAY N°3. 1966
In kleine oplage gemaakte single waarop Brel een eerbetoon aan Franse mijnwerkers reciteert. De tekst is van Jean Maudit, de begeleidende muziek van Dino Castro. De opnamen werden nooit heruitgebracht. De plaat geldt inmiddels als verzamelobject.
Het materiaal op dit album was al eerder verschenen op diverse ep's. De cd-versie bevat bovendien een extra nummer van de sessies van 7 maart 1964: Les amants de coeur — een bewerking van Rod McKuens The lovers.
Het materiaal op dit album was al eerder verschenen op diverse ep's. 1967
Opgenomen op 30 december 1966 en 2, 3 en 18 januari 1967. De cd-versie bevat tevens het van dezelfde sessies afkomstige Les moutons
1968
Brels voorlopige afscheidsplaat met opvallende bijdrages van Marcel Azzola op de accordeon. Opgenomen op 15 mei en 7, 12, 14 en 23 september 1968. De cd-versie bevat tevens La chanson de van Horst; opgenomen tussen 7 februari en 18 maart 1972 voor de soundtrack van de speelfilm Le bar de la Fourche.
1969
De geschiedenis van Babar van Poulenc en Peter en de wolf van Prokofjev. Brel is de verteller op deze op 12 november 1969 opgenomen plaat met het orkest Concerts Lamoureux onder leiding van Jean Laforge. 1972
Barclay-plaat waarvoor Brel zijn Philips-successen in 'moderne', op de Amerikaanse musical-traditie gelijkende, arrangementen heeft heropgenomen. De aanleiding voor het maken van deze lp was waarschijnlijk meer van financiële dan van artistieke aard. De plaat wordt door de meeste Brel-liefhebbers als een enorme afknapper beschouwd. 1973
Single. L'enfance werd op 24 mei 1973 opgenomen voor de soundtrack van de film Le Far West. 1977
Brels zwanenzang. Opgenomen in september 1977, met naast Rauber ook Gérard Jouannest en Marcel Azzola. Aan de cd-versie zijn vijf nummers toegevoegd: Sans exigences, Avec élégance, Mai 40, L'amour est mort en La cathédrale. Hoewel ze van dezelfde opnamesessies afkomstig zijn, waren ze niet op de vinyl-versie te horen. Brel had Jouannest, Rauber en zijn platenbaas Eddie Barclay destijds uitdrukkelijk laten beloven dat deze opnamen nooit zouden worden uitgebracht omdat hij ze als onaf beschouwde. Barclay verbrak zijn belofte al in 1988 door Mai 40 beschikbaar te stellen voor de videodocumentaire Brel — dix ans après. De andere vier nummers verschenen in 2003 voor het eerst, ondanks aanhoudende protesten van Rauber en Jouannest. Cd1988
1998
Verzameling niet eerder uitgebrachte concertopnamen, gemaakt tijdens optredens in het Théâtre Municipal in Lausanne (1960), het Kurhaus in Scheveningen (1961), de Kleiner Sendesaal van de WDR in Keulen (1963 en 1966) en het Palais de Beaulieu in Lausanne (1966). 2003
Box met 15 cd's met veel zorg voor alle versies. Sans exigences, Avec élégance, Mai 40, L'amour est mort en La cathédrale verschenen op deze uitgave voor het eerst, evenals een alternatieve versie van Le prochain amour. Als bonus werd aan deze verzameling een cd toegevoegd met niet eerder uitgebrachte opnamen die Brel op 14 en 21 augustus 1953 voor de BRT maakte. Zichzelf begeleidend op gitaar zingt hij: À deux/Dites, si c'était vrai/Les gens/La haine/Départs/Le diable (Ça va)/Qu'avons-nous fait, bonnes gens?/L'ange déchu/Les pieds dans le ruisseau/La Bastille/Ce qu'il nous faut (Ce qu'il vous faut)/L'accordéon de la vie/Je suis l'ombre des chansons/S'il te faut/Ballade/L'orage/Les pavés/Le fou du roi/La foire/Sur la place/Il peut pleuvoir/Les deux fauteuils/Les enfants du roi/Le troubadour/Il nous faut regarder/C'est comme ça
2010
Box van 13 cd's met de originele albums 2013
Een verzameling van 21 cd's komt uit. Alle opnamen zijn geremasterd. Dvd2003
Drie dvd's met archiefopnamen uit Brels gehele carrière. Bevat ruim zeven uur (televisie)optredens, interviews en beelden uit Brels privé-archief. 2004
Registratie van de laatste optredens die Brel in theater Olympia in Parijs gaf (28 en 29 oktober 1966). Deze dvd bevat onder andere de beroemd geworden scène waarin Brel, nadat het publiek een meer dan twintig minuten lange staande ovatie heeft gehouden, in zijn kamerjas op het podium terugkeert om uit te leggen dat hij ook deze keer geen toegift zal geven. Wel bedankt hij zijn publiek met de woorden Je vous remercie parce que ça justifie quinze années d'amour ("Ik dank u want dit rechtvaardigt vijftien jaar liefde.") (Brels allerlaatste optreden vond op 16 mei 1967 plaats in Roubaix.) 2008
Registratie van een optreden in het Casino van Knokke op 23 juli 1963. In dit optreden brengt Brel voor de eerste maal Mathilde. Hiernaast bevat de dvd ook een interview met Brel uit 1971, opgenomen in de bar van zijn vriend Franz - Brels eerste film is naar hem genoemd - en geregisseerd door Marc Lobet. Het optreden en interview waren al eerder verschenen op vhs en cd. Bronnen, noten en/of referenties
|