Deshmukh

Een deshmukh (Marathi: देशमुख, deshmukh) was een hoofdman van een bepaald gebied of stuk land in het feodale systeem van de Dekan en omringende gebieden in Centraal-India. De titel was min of meer analoog met de titel chaudhuri in het noorden van India. Deshmukhs waren in vredestijd voornamelijk belast met de inning van belasting. Daarnaast zorgden ze voor de lokale rechtspraak en wierven ze gewapende troepen in hun gebied, die in tijd van oorlog ten dienste van de vorst stonden.

Elke deshmukh sloot een sanad (contract) met de vorst, waarin zijn rechten en plichten uitgestippeld werden. De deshmukh functioneerde meestal in een aantal dorpen in zijn district ook als patil (dorpshoofdman), waarmee het recht op een deel van de opbrengst van het land verbonden was. In de andere dorpen in zijn district had de deshmukh een patil onder zich en had hij recht op een kleiner deel. In 17e-eeuws Maharashtra was de monetarisering gering. Belasting werd daarom geïnd in natura. De deshmukh kreeg bijvoorbeeld een paar handen graan uit elke zak, of elk jaar een beker van de lokale pottenbakker.

Deshmukhs dienden in oorlogstijd hun troepen ter beschikking van de monarch te stellen. In werkelijkheid had de deshmukh echter genoeg macht om een keuze tussen de partijen te maken. Als een vijandelijk leger een gebied binnendrong, was het gangbaar dat de deshmukhs van het gebied de leider van dat leger hun trouw kwamen betuigen. Daarbij werd een contract (sanad) gesloten met de leider van het binnenvallende leger, zodat de deshmukh overliep. Het was ook mogelijk dat een deshmukh met beide partijen tegelijk onderhandelde, zodat ze tegen elkaar op moesten dingen. In de 17e en 18e eeuw leidden veldtochten vaak pas tot grote veldslagen als een leger tot in het centrum van een vijandige staat was doorgestoten. Voor de strijdende partijen bestond een groot deel van de oorlogsvoering uit lange series audiënties en onderhandelingen met de deshmukhs in het omstreden gebied.

Als een deshmukh stierf, diende de nieuwe kandidaat opnieuw een sanad met de vorst te sluiten. De bepalingen daarbij konden verschillen van de eerdere rechten en plichten. Deshmukh was niet noodzakelijk een erfelijke functie. Wel bleven bepaalde rechten vaak in handen van dezelfde familie.