De Prins van Oranje (ijzergieterij)De Prins van Oranje was een ijzergieterij en in een latere fase tevens machinefabriek aan de Stationsweg in Den Haag die actief was van 1840 tot 1897. GeschiedenisDe oorsprong vormt de (kachel)smederij van Albert Sterkman, een telg uit een geslacht van smeden. Hij verkreeg in 1834 een Nederlands octrooi op een bezuinigingskachel. De (kachel)smederij werd in 1840 uitgebreid met een ijzergieterij waarvoor op 4 september de eerste steen werd gelegd. Het was de tweede in zijn soort in Den Haag na die van Enthoven & Co. Het bedrijf van Sterkman was gevestigd aan de Stationsweg, in een nieuw stationsgebied in ontwikkeling nabij de spoorlijn Amsterdam-Den Haag (1843), in 1847 doorgetrokken naar Rotterdam. Later kwam er het grote stationsgebouw van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij. Na het overlijden van Albert Sterkman in 1846 zette zijn weduwe het bedrijf voort onder de naam De Weduwe A. Sterkman & Zoon. Na het overlijden van de weduwe in 1857 nam de Haagse bankier F.H.M. Pino Post het bedrijf over en kreeg het de naam De Prins van Oranje. Post had de leiding samen met een kleinzoon van Albert Sterkman, Jacobus Cornelis Paulus Hotz. In die periode kwam de vervaardiging van stoommachines en stoomketels op gang, naast onder meer constructiewerken. Hotz vormde in 1859 een nieuwe vennootschap met de Haagse koopman in vensterglas, Jacobus Johannes van Coeverden. Deze bleef in de directie van het bedrijf tot de sluiting in 1897, van 1866 tot 1874 samen met Willem Huygens Wzn en van van 1874 tot 1894 met de civiel ingenieur Jan Hendrik Huygens. Hotz bleef tot 1873 aan het bedrijf verbonden. Het bedrijf floreerde, en werd zelfs als voorbeeld door een Japanse delegatie bezocht. In 1857 waren er 152 werknemers, in het topjaar 1868 575. Dat aantal liep vervolgens met schommelingen geleidelijk terug tot 235 in 1889, maar bij de opheffing in 1897 bedroeg het aantal weer 300. De werkomstandigheden waren, zoals in het algemeen, niet bijster best. Zo waren de bevindingen van de Staats-commissie die in 1890 ook De Prins van Oranje onderzocht niet erg positief. Er was sinds 1864 een bedrijfszieken- en pensioenfonds maar ziektegeld en pensioengelden werden niet uitbetaald. ProductenEen incompleet overzicht van de productie van De Prins van Oranje: Bruggen
Zie Lijst van bruggen in Den Haag Lantaarns
KachelsIn 1834 verkreeg Albertus Sterkman een patent voor eene nieuwe bezuinigingskagchel, met warmte buizen en circuleerpijpen. Het was een kolenkachel. Hierin bevond zich eene ijzere gegoten stoking of nieuwe vorm van vuurpot waarop twee buizen geplaatst zijn komende op iedere buis een dubbele elleboog lopende met pijpen onder in de vergaarbak, waarvan de middelpijp weder naar boven regt opgaat, waar aan een buis gemaakt is om de pijp aan te brengen die in de schoorsteen gaat, een circulatiekachel dus. In 1842 werd een nieuw octrooi aangevraagd voor een verbeterd ontwerp. De geoctroijeerde bezuinigings kagchel had een grotere vuurpot en was van onderen bijna geheel open. De rookgassen werden naar boven geleid en de koude lucht die van onder in de kachel werd opgenomen werd verwarmd en in correspondentie met de grootere opening boven op de kagchel gemaakt de warmte in meerdere mate doet uitkomen en zich in een gelijkmatige graad door het hele vertrek verspreid. De kachel kon ook hout en turf stoken. Het ontwerp van de vierkante, naar boven licht taps toelopende, kachels was fraai en de gietijzeren versiering -soms in rocaillestijl- was sierlijk. MolenassenGietijzeren molenassen vonden in de 19de eeuw volop toepassing in de Nederlandse wind- en watermolens, deels ter vervanging van bestaande houten exemplaren. De Prins van Oranje is met een productie van circa 1500 stuks water/molenassen - in een halve eeuw, tussen 1847 en 1897 - de grootste Nederlandse producent.
Waterpompen & bemalingEen belangrijk afzetgebied vormde de (stoom)bemaling, waarvoor De Prins van Oranje niet alleen de stoominstallaties maar ook de wateropvoerwerktuigen als vijzels, schepraderen en (centrigugaal)pompen leverde. Waterpompen met een gietijzeren kast maakten vanaf het begin deel uit van het productieprogramma van De Prins van Oranje. Voor de openbare watervoorziening leverde het bedrijf voor grotere verbruik achtkantige pompen naast een eenvoudiger rond model. Beide modellen zijn 180 à 190 cm hoog.
Anders
Bronnen, noten en/of referenties
Zie de categorie IJzergieterij Prins van Oranje van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
|