Bulck (toponiem)

Een bulck (ook beelc, bilc, bilk, blok, bolck, buelc, bulk en buelque) was in de middeleeuwen het toponiem voor een hoger gelegen met water omsloten of omheind agrarisch gebied en met de tijd ook voor een agrarisch perceel met dezelfde kenmerken.[1] In Nederland werd de term ook gebruikt voor een goed grasland dat dicht bij de woonplaats lag.[2]

Betekenis

De oorsprong ligt bij het Oud- en Middelhoogduitse werkwoord bilûkan met de betekenis van beluiken of afsluiten.[1][3] De oudste citaten van bilûkan dateren uit de 10de eeuw.[4]

Kenmerken

Bulken of een bulkenlandschap zijn een agrarisch door hout afgesloten gebied waarvan de percelen werden bewerkt in het wissel- of koppelstelsel. Er werden grachten aangelegd om overtollig water af te voeren. Hoe vochtiger de grond hoe meer grachten er werden aangelegd. De percelen werden na een aantal jaren van bezaaiing omgezet in gras- of graasland. Om het vee binnen deze percelen te houden werd een houten afsluiting aangelegd. Wanneer hout te duur was, werd er afgezoomd met bomen en eventueel aanvullende vlechtwerken van dood hout.[5][6]

Bulken zijn door bijvoorbeeld een ligging nabij een waterloop, vochtiger dan hoger gelegen kouters maar niet moerassig zoals een broek of meers.

Variaties

In het westen van het Graafschap Vlaanderen werd voornamelijk bul(c)k en bilc/k gebruikt, terwijl in het oosten blok meer gebruikelijk was.[7] Na verloop van tijd liepen de definities uit elkaar en vind men citaten als: blokken gelegen op den Bulck.

In het Hertogdom Brabant vinden we bol(c)k in bijvoorbeeld Loenhout, Zundert en Breda. Daar geeft men een licht afwijkende definitie als: een meestal stuk minderwaardige grond behorend bij een ander, vaak gelegen in dorpsakkers en meestal een lopenzaad groot. [8]

Referenties

Locaties

Deze toponymische term vinden we terug in veel straatnamen. Ook verschillende locaties verwijzen er nog naar:

Familienamen

Het toponiem vinden we ook terug in verschillende Nederlandstalige familienamen, zoals: Bulkaert, Bulkmans, Van den Bolcke, Van (den) Bul(c)k(e), Van Keirsbilck, Van Keirsbulck.

Ook in Franstalige familienamen zien we het terug, zoals in: Buelque[15] en van (den) Buelque[16]. Namen die voornamelijk net over de Belgisch-Franse grens terug te vinden zijn rond Neuville-en-Ferrain en Tourcoing. Locaties die niet ver van de historische Heerlijkheid ten Bulcke liggen.