Doordat haar vader diplomaat was, bracht Nothomb haar jeugd door in achtereenvolgens Japan, China, de Verenigde Staten, Laos, Myanmar en Bangladesh. Toen zij op 17-jarige leeftijd in België kwam wonen, voor het beëindigen van de middelbare school en voor haar studie Romaanse filologie aan de Université libre de Bruxelles, voelde ze zich eenzaam en onbegrepen. Om de eenzaamheid te verdrijven, begon ze te schrijven.
Na haar universitair diploma te hebben behaald, keerde Nothomb terug naar Tokio, waar ze tolkJapans wilde worden. Ze ging bij een grote Japanse onderneming werken, wat geen succes werd. De onaangename en bizarre ervaringen die ze in haar baan opdeed, schreef ze van zich af in haar roman Stupeur et tremblements (1999), waarvoor ze de Grand Prix du roman de l'Académie française ontving, en die haar internationale bekendheid opleverde.
Eenmaal terug in Brussel besloot ze het manuscript van haar debuutroman Hygiène de l'assassin (1992) te publiceren. Het werd een groot succes voor de dan 25-jarige Nothomb. Sindsdien publiceert ze, volgens een vast ritme, elk jaar een nieuwe roman. Deze grote productie ligt, zoals Amélie Nothomb zelf zegt, aan het feit dat ze lijdt aan de schrijfziekte ("la maladie de l'écriture").[7] Ze zegt elk jaar wel drie romans te schrijven, waarvan ze slechts één laat publiceren.[8][9]
Werk
De constant veranderende omgevingen uit haar kinderjaren drukken hun stempel op Nothomb en haar oeuvre. Men zou kunnen spreken van een soort vervreemding die in haar romans doorklinkt. De verhalen van Nothomb zijn vaak kort en fantasievol en lijken op sprookjes, maar dan met een duistere en ironische ondertoon. Haar stijl, woordkeuze, onderwerpkeuze en voortdurende zelfspot zijn haar handelsmerken.
Zelf noemt ze zich vaak met lichte spot een erfgename van het Belgisch surrealisme: ze wil haar lezers schokken, vermaken en verbazen door realiteit en fantasie door elkaar te halen en te spotten met conventies. Ze is gefascineerd door schoonheid, lelijkheid, gemeenheid en voedsel en munt uit in het schilderen van karikaturale portretten.
Veel van haar werk is als autofictie te beschouwen. Een bijzondere vorm daarvan koos ze voor de met de Prix Renaudot bekroonde roman Premier sang ("Bloedlijn") uit 2021, een afscheid van haar vader Patrick Nothomb die tijdens de coronacrisis in België overleed. Dit boek vertelt het verhaal van zijn kinderjaren en de crisis in Stanleyville van 1964 vanuit haar vaders ik-perspectief. In 2004 had ze al geschreven over hem en zijn diplomatieke leven in de roman Biographie de la faim ("De hongerheldin"). Geheel non-fictie is Psychopompe ("Psychopompos") uit 2023, waarin Nothomb schrijft "over de periode dat ze zich leeg voelde, een trauma opliep in Bangladesh en het begin van anorexia".
Nothombs vaste uitgever is al vanaf het begin Éditions Albin Michel in Parijs. Haar werk werd vanaf 1994 naar het Nederlands vertaald door Chris Van de Poel en vanaf 1996 door Marijke Arijs. Tussen 2010 en 2015 vertaalde ook Daan Pieters een paar boeken, maar sinds 2015 was dat weer Marijke Arijs.
Familie
Amélie Nothomb komt uit een Belgische adellijke familie. Haar ouders waren Patrick baron Nothomb (1936-2020) en Danièle Scheyven (1938-2024). De erfelijke titel baron ging bij haar vaders dood in 2020 over op haar broer André (°1962). Zijzelf is jonkvrouw door geboorte. Vanwege haar verdiensten voor de Belgische literatuur werd haar in 2015 de persoonlijke (niet erfelijke) titel barones verleend, maar die heeft ze niet aanvaard.[10]
Haar zuster Juliette Nothomb (°1963) schrijft kinderboeken en kookboeken, waaronder La cuisine d'Amélie (2008). In een interview zei Amélie Nothomb: "Als ik geen zus had gehad, was het heel slecht met me afgelopen".[11]
In 2020 werd Nothomb ten onrechte doodverklaard. De Italiaanse activist Tomasso Debenedetti verspreidde het bericht via een vals twitteraccount, om aan te tonen dat de media bronnen onvoldoende checken en nieuws zomaar overnemen. Het doodsbericht werd geloofd door onder anderen de burgemeester van Brussel Philippe Close, en werd effectief overgenomen door diverse media.[13]
Uitspraken
"Steeds meer begrijp ik dat het erg prettig is niet te weten waar je vandaan komt".
"Ik moet aldoor erg hongerig zijn. Ik moet erg hongerig zijn om te schrijven".
"God is geen chocola. Hij is de ontmoeting tussen chocola en het verhemelte dat in staat is om het te waarderen".
"Als je veel succes hebt, heb je geen ijdelheid meer nodig".
"Als je jezelf bewondert in de spiegel, laat het dan in angst zijn en niet in vreugde, want het enige wat schoonheid je brengt is de vrees die te verliezen".
"Als ik incognito wil zijn, draag ik geen hoed. Helaas, zelfs zonder hoed herkennen ze me tegenwoordig in Parijs".
Entretien audio avec Amélie Nothomb, éditions Autrement, 2007.
Le récit siamois, personnage et identité dans l'œuvre d'Amélie Nothomb, Albin Michel, 2009.
(es) Ardolino, Francesco, "La guerra fictícia en la narrativa d'Amélie Nothomb", Femmes et guerre en Méditerranée, Guy Dugas y Marta Segarra (eds.), Barcelona i Montpellier, Publicacions de la Universitat de Barcelona i Presses de l'Université Paul Valéry :p. 169-178, 1999.
(en) Susan Bainbrigge et Jeanette Den Toonder (dir.), Amélie Nothomb, Authorship, Identity and Narrative Practice, Peter Lang (maison d'édition)|Peter Lang, 2003.
Frédérique Chevillot, Amélie Nothomb : L'Invitation à la lecture. Women in French Studies, 2012, vol. 2012, no 1, p. 195-212[20].
Isabelle Constant: Construction Hypertextuelle: Attentat d’Amélie Nothomb , The French Review, Vol. 76, N°. 5 , April 2003[21].
Michel David, Amélie Nothomb, le symptôme graphomane, L'Harmattan, coll. « L'œuvre et la psyché », 2006.
Aleksandra Desmurs, Le Roman Hygiène de l'assassin : œuvre manifestaire d'Amélie Nothomb, préface d'Amélie Nothomb, éd. Praelego, 2009.
Yolande Helm, Amélie Nothomb :‘‘l’enfant terrible’’ des Lettres belges de langue française. Études francophones, 1996, vol. 9, p.113-20.
Yolande Helm, Amélie Nothomb : une écriture alimentée à la source de l’orphisme. Religiologiques, Orphée et Eurydice : mythes en mutation, 1997, vol. 15, p.151-163.
Kobialka Margaux, La Création d’Amélie Nothomb à travers la psychanalyse, Le Manuscrit (éditions), 2004.
Claire Nodot, La Dame pipi du quarante-quatrième étage : l’exil et la marge dans Stupeurs et Tremblements d’Amélie Nothomb. Paroles gelées, 2006, vol. 22, no 1.
Andrea Oberhuber, Réécrire à l’ère du soupçon insidieux : Amélie Nothomb et le récit postmoderne. Études françaises, 2004, vol. 40, no 1, p. 111-128.
Marc Quaghebeur, Anthologie de la littérature française de Belgique: entre réel et surréel. Racine Lannoo, 2006.
Annick Stevenson, Génération Nothomb, éditions Luce Wilquin, 2010.
Christine Suard, Les variantes de l'autobiographie chez Amélie Nothomb. 2008.
Ferenc Tóth, Le Japon et l’œuvre romanesque d'Amélie Nothomb. Éditions universitaires européennes, 2013, vol. 15, no 02. p. 102.
Michel Zumkir, Amélie Nothomb de A à Z : Portrait d'un monstre littéraire, Bruxelles : Grand miroir, «Une vie», 2003. isbn: 978-2-93035-139-1
Evelyne Wilmerth, Amélie Nothomb: sous le signe du cinglant, Revue générale, 1997, vol. 132, no 6-7, p. 45-51.
↑Internet Speculative Fiction Database; geraadpleegd op: 15 oktober 2018; ISFDB-identificatiecode voor auteur: 161006.
↑Goodreads; geraadpleegd op: 15 oktober 2018; Goodreads-identificatiecode voor auteur: 40416.
↑Encyclopedie Treccani; geraadpleegd op: 15 oktober 2018; Enciclopedia Italiana-identificatiecode: amelie-nothomb.
↑Library of Congress Authorities; geraadpleegd op: 15 oktober 2018; LCAuth-identificatiecode: n95060494.
↑Munzinger Personen; geraadpleegd op: 15 oktober 2018; Munzinger IBA-identificatiecode: 00000024182.
↑Haar ouders hebben haar geboorte aangekondigd in het nummer nr. 87, oktober 1966, blz. 340 van het Bulletin de l’association de la noblesse du royaume de Belgique, publication trimestrielle. Deze geboorteplaats en -datum zijn bevestigd in de verschillende uitgaven van de État présent de la noblesse belge (1979, 1995 en 2010), binnen een genealogie die door de familie Nothomb is goedgekeurd. Zelf beweert de schrijfster dat ze in 1967 in Kobe (Japan) is geboren (Le Soir, 2014). Gearchiveerd op 30 december 2021.
↑(fr) Michel David, Amélie Nothomb, Le symptôme graphomane, L'Harmattan, 2006
↑(fr) Anne Masset, « Amélie Nothomb », monomaniaque de l’écrit, La Libre Belgique, Rubrique « Questions à domicile », 4 août 1994, pagina 2. «J'écris 3, 7 romans par an, c'est un rythme, je l'ai constaté après coup. Cela dit, n'allez surtout pas imaginer que tous ces romans sont bons. Il y a une énorme proportion de romans ratés dont il est hors de question que je les publie.»
↑ abDit voorstel krijgt pas rechtskracht na het lichten van de adelbrief, gepaard gaande met de betaling van de bijbehorende rechten en de goedkeuring van het wapen. Nothomb heeft de patentbrief binnen de voorziene termijn niet gelicht, zodat ze de titel van barones niet kan voeren.
↑Verscheen samen met Filippica's en De spiegel van Mercurius in de bundel Menslievende verhalen zijn altijd oneerlijk, Manteau, 1998. Deze bundel was het Boekenweekgeschenk van Vlaanderen in 1998.
↑Bij koninklijke besluiten van 9 juli 2008 worden de volgende burgerlijke eretekens verleend in het kader van het koninklijk besluit van 10 februari 2003fgov.be, pdf. Gearchiveerd op 3 september 2021.