Algol 68
Algol 68 is een procedurele programmeertaal, ontworpen in 1968 als beoogd opvolger van Algol 60, door een werkgroep onder leiding van Aad van Wijngaarden. Het doel was om met een algemeen bruikbare programmeertaal te komen die tegelijk veelzijdig en netjes opgezet en gespecificeerd moest zijn. De taal is omvangrijk, met allerlei innovatieve voorzieningen, maar tegelijk erg orthogonaal. De zeer gedetailleerde specificatie is sinds de herziening in 1975 niet veranderd. De syntaxis van de taal, inclusief het niet-contextvrije aspect, is helemaal gespecificeerd in de speciaal voor dit doel ontwikkelde Van Wijngaarden-grammatica. De ingewikkeldheid en ambities van taal en specificatie zorgden al tijdens de ontwikkeling voor weerstand, ook binnen de werkgroep: Niklaus Wirth stapte er uit en kwam met het eenvoudigere Pascal. Ook de meeste Algol 68-compilers ondersteunen niet alle taalvoorzieningen, maar ze ondersteunen wel een taal die rijker en ingewikkelder is dan Pascal. Het gebruik van Algol 68 is dan vooral tot het onderwijs beperkt gebleven, waar Pascal populairder was; dit terwijl ook Pascal lange tijd een puur academisch product is gebleven in vergelijking met talen als Fortran, PL/1 en C. Het belang van Algol 68 ligt daarom vooral in de innovatieve taalconstructies en beschrijvingstechnieken, waarvan veel bij latere talen is overgenomen. OrthogonaliteitMet orthogonaliteit wordt in dit verband bedoeld dat taalconstructies zo algemeen toepasbaar zijn als mogelijk. Voordeel hiervan is dat de programmeur alleen een paar algemene taalconstructies hoeft te leren, in plaats van een heleboel specifieke constructies voor specifieke situatie. Nadelen zijn dat dat allerlei weinig gebruikte combinaties wel geldig zijn, wat het voorkomen van niet-opgespoorde programmeerfouten in de hand werkt, en dat alle combinaties van alle constructies wel een ondubbelzinnige interpretatie moeten hebben, wat de specificatie ingewikkeld maakt. Een voorbeeld is dat in Algol 68 statements en expressies grotendeels uitwisselbaar zijn: het is zonder meer geldig om dingen op te schrijven als int i, j := 3;
i := j +:= 5; # verhoog j met 5; wijs de waarde (8) van het resultaat (j) toe aan i #
(i := j) +:= 5 # wijs de waarde van j (8) toe aan i; verhoog het resultaat (i) met 5 #
TyperingAlgol 68 is sterk, statisch getypeerd: elke variabele, of om precies te zijn elke expressie die een geheugenlocatie aanduidt, heeft een specifiek type, en alle waarden die de locatie aan kan nemen moeten van dat type zijn. Tegelijk is er echter een ingewikkelde coercie (automatische typeconversie) afhankelijk van de context waarin een expressie voorkomt. Zelfs het nemen van de waarde van een variabele (zoals in Willekeurig complexe typen kunnen geconstrueerd worden met behulp van onder andere de constructoren Het Zie ookExterne linksVeel details over Algol 68, de motivatie erachter, invloeden van en op andere programmeertalen, persoonlijke anekdotes, en de broodnodige humor zijn te vinden in Andere verwijzingen:
Bronnen, noten en/of referenties
|