Algemene systeemtheorieAlgemene systeemtheorie is een filosofie over de algemene beginselen van systeemtheorie, en een filosofie over algemene systemen (Engels "general systems") in de natuur en techniek en in de wetenschap en maatschappij. De algemene systeemtheorie is oorspronkelijk voorgesteld door Ludwig von Bertalanffy in de jaren twintig. OverzichtDe algemene systeemtheorie is opgezet als wetenschap die een beschrijving geeft van de meest algemene kenmerken van de werkelijkheid, die men beschouwt als opgebouwd uit systemen. De noodzaak voor zo'n theorie lag volgens Bertalanffy in de steeds verder doorgevoerde specialisatie in de moderne wetenschap. De specialisatie in de wetenschap is volgens hem een gevolg van de enorme hoeveelheid gegevens, de complexiteit van de technieken en de theoretische structuren van ieder vakgebied. De wetenschap is opgesplitst in ontelbare subdisciplines, die telkens nieuwe subdisciplines genereren. Als consequentie stelde Bertalanffy (1968) al eens "raken de natuurkundige, de bioloog, de psycholoog en de socioloog zogezegd verstrikt in hun eigen private universum en het is moeilijk om je te verplaatsen van de ene cocon naar de ander." In de jaren vijftig groeide het idee van een algemene systeemtheorie: een overkoepelende, classificerende en relaterende theorie betreffende systemen bieden, om deze problemen van specialisatie in de wetenschap op te lossen. OnderwerpenEen programma voor algemene systeemtheorieIn de jaren vijftig is de Society for General Systems Research opgericht met als doel om theoretische systemen te ontwikkelen, die in verschillende traditionele vakdisciplines toepasbaar zijn. Als belangrijkste activiteit zag men:
Dit is geworden tot een programma voor algemene systeemtheorie. Een theorie van systemen en een algemene theorieAshby constateerde in 1956, dat de algemene systeemtheorie twee kanten op kan:
De eerste weg is al ingeslagen door Bertalanffy met zijn onderzoek naar algemene overeenkomsten en naar het systeembegrip in de verschillende wetenschappen. Boulding volgde eenzelfde spoor, en wilde dit eerst General Empirical Theory noemen. Een theorie van systemen kon worden ontwikkeld door onderzoek naar de bestaande kennis. Een kant van de algemene theorie diende men logisch mathematisch te construeren. Er wordt wel gezegd, dat deze weg heeft geleid tot de wiskundige systeemtheorie. Een algemene, metafysische theorie kan alleen mogelijk worden indien een systeem zowel materialistische als idealistische theorieën en systemen kan transcenderen of unificeren.[bron?] De systeemhierarchie van BouldingIn het kader van het ontwikkelen van zo'n theorie van systemen heeft Boulding in 1956 een hiërarchie gepresenteerd van mogelijke te onderkennen systemen:
Het idee achter deze systeemhiërarchie is, dat systemen een verschillende mate van complexiteit kunnen bevatten. Boulding definieerde hiertoe niveaus van complexiteit van systemen. Elk niveau heeft de mogelijkheden van het vorige niveau in zich en voegt daar een of meer eigenschappen aan toe, waarmee de voorspelbaarheid van het systeem afneemt. In totaal definieerde hij negen niveaus van soorten systemen:[1] Naast Boulding hebben verschillende andere onderzoekers systeemhiërarchieën ontworpen.[2] Bijvoorbeeld in de psychiatrie hebben vooral die van Engel[3] en J.G. Miller[4] een zekere populariteit verworven.[5] Systemen en systeemdenkenSysteemdenken en systeem worden door elkaar heen gebruikt. Het verschil is echter, dat systemen over het waarneembare gaan en systeemdenken over het conceptuele. In de praktijk zijn beide echter moeilijk te scheiden, daar systemen uit het denken voortkomen en niet andersom. Systemen bestaan uit een viertal basiselementen:[6] Uit de diverse stromingen in het systeemdenken kan volgens Hugo Meijers (2002)[6] een samengesteld en consistent raamwerk worden opgebouwd, als vertrekpunt voor de toepassing van het systeemdenken. Dit denken kan nu in drie beschouwingswijzen worden uitgewerkt: Cognitief, in de afbeelding, en in het fysieke. Systeemdenken kan hier met name worden gebruikt als "ordeningsinstrument voor het leren begrijpen hoe in dingen in de dimensie van de werkelijkheid werken en waarom ze zo werken".[6] Vertegenwoordigers
KritiekIn de jaren zeventig werd duidelijk dat de algemene systeemtheorie er niet in geslaagd was zijn hoge ambities te realiseren. De gewenste overkoepelende, classificerende en relaterende theorie betreffende systemen was een verzameling ideeën gebleven. Wat de algemene systeemtheorie wel had gebracht was een taal gebaseerd op systeembegrippen, de specifieke werkwijze van de systeembenadering en het specifiek denken in 'gehelen', het zogenaamd systeemdenken. Zie ook
Bronnen
Externe links
Bronnen, noten en/of referenties
|