De Admiraal van Castilië was de opperbevelhebber van de Spaanse marine. Aan deze titel waren autoriteit, macht en privileges verbonden die door Alfons X van Castilië werden vastgelegd in zijn het Castiliaanse recht.[1].
De admiraliteit zetelde gewoonlijk in Sevilla. Daar werd de Spaanse oorlogsvloot opgetuigd en georganiseerd. Ook het maritieme tribunaal zetelde in Sevilla. De Admiraal van Castilië had een beslissende stem bij staking van stemmen en inspraak in besluiten van dit tribunaal.
In de loop der tijd werd de titel steeds meer een eretitel. Vanaf 1405 werd de titel erfelijk, toen hij in bezit kwam van het Huis Enríquez.
In 1726 besloot Filips V de titel niet langer uit te rijken en in 1737 werd de functie van admiraal gerangschikt onder het opperbevel van de Almirante General de la Armada, uitgereikt aan prins Filips I van Parma.
Lijst van Admiraals van Castilië
Regerend
Admiraal
tijdvak
Nr.
Alfons X van Castilië (1252-1284)
Roy López de Mendoza Juan García de Villamayor Ferran Gutiérrez Pedro Lasso de la Vega Pedro Martínez de Fe
1253-1260 1260 1272 1278 1279
1 2 3 4 5
Sancho IV van Castilië (1284-1295)
Payo Gómez Charino Pero Y Nuno Díaz de Castañeda Micer Benito Zacarías Ferran Pérez y Juan Mathe de Luna
1284-1286 1286-1291 1292-1295 1295-1300
6 7 8 9
Ferdinand IV van Castilië (1295-1313)
Alfonso Paez de Sotomayor Diego Gutiérrez de Ceballos Don Juan Manuel Bernal De Sarria Diego García de Toledo Diego Gómez de Castañeda