Partij van de Vrijheid

Dit artikel gaat over een historische politieke partij. Voor de partij van Geert Wilders, zie Partij voor de Vrijheid (PVV).
Partij van de Vrijheid
Logo
Personen
Partijvoorzitter Mr. Dirk Stikker
Geschiedenis
Opgericht 23 maart 1946
Opheffing 24 januari 1948
Fusie van Liberale Staatspartij
Opgegaan in VVD
Algemene gegevens
Actief in Nederland
Richting Centrumrechts
Ideologie Liberalisme, sociaalliberalisme[1]
Portaal  Portaalicoon   Politiek
Nederland
Een vergadering van de Partij van de Vrijheid (8 mei 1946)

De Partij van de Vrijheid (PvdV) was een Nederlandse liberale politieke partij, die bestond van 1946 tot 1948. Het was een voortzetting van de Liberale Staatspartij, ook wel bekend als de Vrijheidsbond, na de Tweede Wereldoorlog.

Geschiedenis

In 1922 had de Liberale Staatspartij tien zetels in de Tweede Kamer. In 1937 waren het er nog maar vier.

Na de Tweede Wereldoorlog werd de Liberale Staatspartij voortgezet als de Partij van de Vrijheid onder leiding van Dirk Stikker. Andere prominente partijleden waren Steven Bierema, die fractievoorzitter was van de PvdV in de Tweede Kamer, en de latere vicepremier Henk Korthals. Bij de verkiezingen van 1946 haalde de PvdV zes zetels. In de Eerste Kamer kreeg de PvdV in 1946 drie zetels, die in 1948 alle drie overgingen naar de VVD. Samen met het Comité ter voorbereiding van een Democratische Volkspartij fuseerde de partij op 24 januari 1948 tot de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD). Op 27 januari 1948 werden alle PvdV-Kamerleden lid van de VVD. Bij de Tweede Kamerverkiezingen later dat jaar zou de VVD van zes naar acht zetels gaan. Voor de verdere geschiedenis, zie VVD.

Verkiezingsjaar Lijsttrekker Aantal behaalde zetels Coalitie/Oppositie
1946 Dirk Stikker 6/100 Oppositie

Ideologie

Hoewel de PvdV duidelijk een liberale partij was, ontbrak iedere ideologische verwijzing in het partij- en beginselprogramma van 1946.[2] De partij zag Nederland als een samenleving op christelijke grondslag en ging daarbij uit van de beginselen "vrijheid", "verantwoordelijkheid" en "sociale gerechtigheid." Door dat laatste beginsel (uitgewerkt in de artikelen 6 en 7) kreeg de partij een meer sociaalliberaal karakter dan haar voorganger, de Liberale Staatspartij. Het beginselprogramma van de PvdV vormde de inspiratie van het eerste beginselprogramma van de VVD.

Zie ook

Voetnoten

  1. Afgaande op het Beknopt Program van de Partij van de Vrijheid (1946). De term "liberalisme" komt in het program overigens niet eenmaal voor.
  2. Ook het woord "individualisme" ontbreekt; men spreekt liever van "persoonlijkheid".