Ernst Theodor Amadeus Hoffmann (Koningsbergen, 24 januari1776 – Berlijn, 25 juni1822) was een Duits auteur, componist, dirigent, jurist en tekenaar. Zijn laatste voornaam luidde eigenlijk Wilhelm, maar uit bewondering voor Mozart veranderde hij deze in Amadeus. Hij was de jongste zoon van advocaat Christoph Ludwig Hoffmann (1736-1797) en diens nicht Lovisa Albertina Doerffer (1748-1796).
Van beroep was Hoffmann jurist, maar daarnaast was hij een hartstochtelijk muziekliefhebber, succesvol muziekrecensent en componist.[1] In 1822 overleed hij door nerveuze uitputting en overmatig drankgebruik.
Als schrijver bleek Hoffmann meeslepend, origineel en geniaal te zijn, zoals blijkt uit zijn in 1809 geschreven Ritter Gluck, over de bekende componist; Die Elixiere des Teufels uit 1816, over fatalisme en onmacht. Daarna komen de Nachtstücke, de Phantasiestücke en Die Serapionsbrüder uit, allemaal geschreven tussen 1817 en 1821.
Hoffmanns verhalen zijn geschreven in een uiterst jachtige, pathetische stijl die de lezer geen enkele rust gunt. Veelvuldig maakt hij gebruik van
vooruitwijzingen
sprongen in de tijd
commentaar op de handeling
perspectiefwisselingen
Met deze vertelstijl is hij in volle 19de eeuw al een uitgesproken modernist, dit samen met zijn geestverwanten Heinrich Heine en wellicht nog meer Heinrich von Kleist.
Invloed binnen het Nederlands taalgebied
Deze levendigste onder de Duitse prozameesters van de negentiende eeuw werd vertaald door o.a. Simon Vestdijk, die ons niet geheel toevallig ook een volledige vertaling bezorgde van een andere Hoffmann-adept: Edgar Allan Poe. Ook Louis Couperus en Gerard Reve behoorden tot de gretigste lezers van Hoffmanns vertellingen.
↑Over de romantische interpretatie van muziek in de werken van Hoffmann zie Fausto Cercignani, E. T. A. Hoffmann, Italien und die romantische Auffassung der Musik, in: Sandro M. Moraldo, Das Land der Sehnsucht. E. T. A. Hoffmann und Italien, Heidelberg, Winter, 2002, 191-201.